Vlaamse Wonderjaren

Dit speelt nu bij Vlaamse Wonderjaren:

Anita (1937)

De Vlaamse jaren ’60-zangeres Anita wordt vandaag 87. Deze Mechelse zangeres stond onder haar echte naam Maria Liekens al op tienjarige leeftijd, in 1947, op de planken met Bobbejaan Schoepen in de Brusselse Folies Bergères. Haar eerste 78-toerenplaat volgde twee jaar later. Later deed ze het voorprogramma van Will Tura en werkte ze met het orkest van Henk Van Montfoort.

Pas in de tweede helft van de jaren ’60, ze was toen al 32, kreeg haar uitstekend zangtalent wat bredere erkenning en bracht Anita negen Vlaamse singles uit, waarvan er intussen enkele zeer gegeerde collectors items zijn. Later hield ze met haar man Rik Torfs – niet te verwarren met de bekende professor/politicus – de pub King Henry open in de Mechelse Hanswijkstraat. Ze wonen vandaag in Leest.

Bij Vlaamse Wonderjaren hoor je volgende 18 liedjes van Anita:

  • Als je mij gelukkig maakt – 1969
  • Callow la vita – 1965
  • Daar in Wien – 1968
  • De blauwe zee – 1968
  • De tango van mijn dromen – 1969
  • Do-Re-Mi (met De Meiklokjes) – 1968
  • Dromen – 1966
  • Een huis voor ons alleen – 1969
  • Ik heb nog steeds een koffer in Berlijn – 1966
  • Ik weet – 1966
  • Is dit de laatste dans? – 1965
  • Ritme van je tijd – 1966
  • Shangri-la – 1968
  • Teken een tuin – 1964
  • The Sound of Music (met de Meiklokjes) – 1968
  • Verlangen – 1968
  • Zie Zanzibar – 1967
  • Zomerdromen in december – 1968

Je zou ook interesse kunnen hebben in...

« Een gebeurtenis heeft mijn leven heel fel beïnvloed. Ik word nog emotioneel als ik eraan denk. Het was tijdens de oorlog. Een zoveelste bombardement in Ledeberg, waar ik ben opgegroeid. In die tijd was ik scrupuleus katholiek, echt heel fanatiek. Ik had bidkaartjes: Heilig Hart van Jezus, bescherm dit huis. Ik plakte die als een gek op elke deur in huis die ik tegenkwam. De bommen vielen die dag in een andere wijk, een paar honderd meter verderop. Ik ging nadien terug naar boven, naar mijn kamertje waar ik een bureau had gemaakt van een paar planken. Ik zag dat ik vergeten was om daar een bidprentje te hangen. Toen ik de deur opendeed, zag ik dat een grote steen dwars door het dak op mijn stoel was geknald. Alles in gruzelementen. Als ik daar had gezeten, was ik morsdood geweest. Als dat toeval of geluk was, moet toch iets dat gestuurd hebben. »Will Ferdy
Het Nieuwsblad - 1 december 2015