Vlaamse Wonderjaren

Dit speelt nu bij Vlaamse Wonderjaren:

Jenny Verdonck (1928-2013)

Het is vandaag de geboortedag van de jaren ’50-zangeres Jenny Verdonck, afkomstig uit het Kempische dorpje Bevel (Nijlen) en geboren als Joanna Sophia Verdonck op 13 november 1928.

Ze volgde een klassieke zangopleiding, maar maakte naam als zangeres van Vlaamse amusementsmuziek. Tussen 1952 en 1957, het tijdperk van de 78-toeren, nam ze een dertigtal Vlaamse liedjes op onder de hoede van Leon Lambrechts. Haar grootste hit was ‘Zonder Jou’ in 1957.

Uiteindelijk koos ze vanaf 1962 voor haar gezin en zong ze enkel nog sporadisch voor ziekenzorg en bejaarden. Haar gezinsgeluk was helaas broos, want haar echtgenoot Louis Wittevronghel overleed op 4 januari 1966, op amper 37-jarige leeftijd en Jenny bleef achter met één dochter. In 2003 werd in de reeks Silver Star een compilatie uitgebracht met 18 (vergeten) liedjes van Jenny Verdonck. Ze overleed op 7 juni 2013.

Bij Vlaamse Wonderjaren hoor je volgende liedjes van Jenny Verdonck:

  • Als ’s avonds – 1953
  • Als je wist
  • Dagen en jaren – 1957
  • De laatste woorden – 1956
  • De mooiste dagen – 1956
  • Gelukkige Verjaardag – 1955 (& Carlo Deman)
  • Hoe meer hoe liever – 1953
  • Ik blijf je trouw – 1954
  • Ik blijf van je houden – 1956
  • Ik weet
  • In een laantje – 1955
  • Kom aan m’n zijde
  • Mag ik een abonnement… op je mondje? – 1954
  • Op jou – 1956
  • Pic-nic – 1955
  • Schoon was die nacht – 1957
  • Souvenir d’amore
  • Sprookjes – 1955
  • Waarom Toch Wil Je Niet Meer Van Me Houden – 1955
  • Wanneer – 1954
  • Want je ogen – 1957
  • Was het maar waar – 1953
  • Was ik maar achttien – 1954
  • Wat is er gaande – 1958 (& Carlo Deman)
  • Zambomba – 1957
  • Zonder afscheid – 1958
  • Zonder Jou – 1957

Je zou ook interesse kunnen hebben in...

« We hadden zijn verjaardag nog met de hele familie gevierd. We hadden een grote, mooie ballon aan zijn ziekbed gehangen en mijn kinderen liepen af en aan om hem geluk te wensen. Samen met mijn jongste zoon, Tom, bleef ik nog tot 's avonds bij Bob. Op een bepaald moment zag ik dat hij somber werd en ik zei: Bob, je bent zo vies gezind; dat ben je toch nooit? Wij zijn toch altijd mensen geweest die de bladzijde omkeren? Daarop antwoordde hij: Ja, maar ik heb geen bladzijde meer om te keren. En 's anderendaags, toen ik in het ziekenhuis arriveerde, kwam de verpleegster me al tegemoet: Bob was er niet meer. Ik was niet bij hem toen hij overleed, jammer. »Josee Schoepen
Het Nieuwsblad - 17 mei 2011